vrijdag 27 januari 2012

Ontwikkeling

'In de Grote Antillen, een paar jaar na de ontdekking van Amerika, terwijl de Spanjaarden onderzoekscommissies stuurden om te bepalen of de inboorlingen wel een ziel hadden, waren de laatsten druk bezig met het verdrinken van blanke gevangenen om door langdurige observatie vast te stellen of hun lichaam al dan niet tot ontbinding zou overgaan.'
Claude Lévi-Strauss in Race et histoire (1952)

Ik prijs mijzelf dikwijls gelukkig met het feit dat ik in een ontwikkeld land, zoals Nederland wel genoemd wordt, geboren ben en opgroei. Feitelijk niets onbreekt mij, maar juist daarom ontbreekt mij dit: het hebben van niets.
Ik schaam me voor mijn vaderland. Niet omdat het er fysiek beschamend uit zou zien of iets dergelijks, maar omdat het met trots de status draagt van een zogenaamd ontwikkeld land. Hypocriet zijn wij door de onderontwikkelde landen ontwikkelingslanden te noemen, alsof ze ooit naar westerse begrippen ontwikkeld zullen zijn. Ze hebben geen schijn van kans. De zogenaamd ontwikkelde landen zullen hen altijd het brood uit de mond blijven nemen. Een land dat zulk een daad verricht, mag toch geenszins ontwikkeld genoemd worden?

Ontwikkeling. De term is prachtig. Het is abstraheren om vervolgens bij de kern aan te belanden. De zogenaamd ontwikkelde landen hebben die term echter volkomen verkeerd begrepen. Zij pogen te concretiseren, zodat status tegenwoordig het hoogste goed lijkt.
Ik ben geïnjecteerd met statusangst. Het zal altijd door mijn bloed blijven stromen, of ik het nu wil of niet. Toch blijf ik de hoop koesteren ooit tot aan mijn kern toe te kunnen abstraheren. Gewoon eens niets te hebben dan mijzelf.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten