'De omzichtigheid ziet het vreeswekkende omdat zij in de bevindelijkheid van de vrees is.'
Martin Heidegger in Zijn en Tijd (1927)
De Schreeuw
Alsof de Aarde niet kapot kan:
terwijl een man, in lome leegte
achtergebleven, een stilte zwijgt
om even in bewustzijn te leven,
klapt Zij zacht ineen, schreeuwt
geluidloos, schreeuwt en schreeuwt
tot een man hoort en antwoordt.
Maar nee: Zij toch immer alleen.
Martin Heidegger in Zijn en Tijd (1927)
![]() |
| De Schreeuw, Edvard Munch (1893) |
Alsof de Aarde niet kapot kan:
terwijl een man, in lome leegte
achtergebleven, een stilte zwijgt
om even in bewustzijn te leven,
klapt Zij zacht ineen, schreeuwt
geluidloos, schreeuwt en schreeuwt
tot een man hoort en antwoordt.
Maar nee: Zij toch immer alleen.

Geen opmerkingen:
Een reactie posten